De eerste werkdag van je proefperiode: 5 dingen die je absoluut niet mag doen

De eerste dag van je proefperiode op je nieuwe werk is altijd één van de moelijkste. Je wilt graag een  goed figuur slaan, goed voorbereid zijn, er goed uitzien en bovenal geen fouten maken. Er zijn dus een hoop dingen die je juist wel moet doen, maar ook een paar zaken die je absoluut niet mag doen. Je wilt natuurlijk niet gelijk door iedereen verkeerd worden begrepen of in kwaad daglicht worden gesteld. Daarom hebben we voor jullie opgeschreven welke 5 dingen je absoluut nooit mag doen op de eerste dag van je proefperiode.

Vijf dingen die je niet mag doen op de eerste dag van je proefperiode:

1. Fouten maken: begrijp ons niet verkeerd, je hoeft natuurlijk niet op dag één al alles te begrijpen. Het is juist hartstikke logisch als je iets nog niet weten, maar het is echter wel belangrijk om vragen te stellen als je ergens niet zeker van bent. Het is veel verstandiger om je collega’s om hulp te vragen dan dat niet te doen en enorme fouten te maken.
2. Roddelen: op die manier ga je geen vrienden maken op kantoor. Je wordt waarschijnlijk gelijk afgeschilderd als kletskous of roddeltante als je al gelijk begint met commentaar te geven op je collega’s. Vergeet niet dat jij de nieuweling bent.
3. Op de voorgrond treden: natuurlijk mag je je eigen mening geven, maar het is enorm contraproductief om op je eerste dag al je baas in de haren te vliegen. Het is belangrijk om je mening te uiten, maar je moet niemand iets opdringen.
4. Gedemotiveerd zijn: het is je eerste dag op kantoor, er is dus even geen tijd voor persoonlijke problemen of motivatieproblemen. Blijf lachen, wees proactief en laat zien dat je dingen wilt bijleren. Als je de stier gelijk bij de horens vat, sla je een goed figuur en ziet je baas dat ze een goeie aan je hebben.
5. Blijf bezig: ook al heb je even niets te doen, zak dan niet gelijk onderuit in je stoel en ga al helemaal niet doelloos zitten scrollen op je telefoon. Het is verstandiger om je afgeronde werk nog eens na te lopen of aan collega’s te vragen of ze jouw hulp nodig hebben.